Burgers met voldoende digitale competenties is een duidelijke doelstelling van de EU voor de toekomst. Het OESO-rapport "Skills for a Digital World" (2016) stelt dat de toename van het gebruik van digitale technologieën een duidelijke verandering teweegbrengt in de vraag naar vaardigheden, wat twee grote uitdagingen met zich meebrengt voor de systemen voor de ontwikkeling van vaardigheden, waaronder formeel onderwijs, opleiding en de erkenning van vaardigheden die door niet-formeel leren zijn verworven.
Ten eerste is men zich ervan bewust dat het vaardigheidsprofiel van burgers en werknemers heel anders zal zijn dan in het verleden, maar de vaardigheden van de toekomst zijn moeilijk met zekerheid vast te stellen door snelle technologische veranderingen.
De tweede uitdaging is ervoor te zorgen dat, zodra veranderingen in vaardigheden zijn geïdentificeerd, systemen voor het ontwikkelen van vaardigheden zich voldoende snel aanpassen om aan de nieuwe vraag naar vaardigheden te voldoen.
Het project richt zich daarom op drie structurele gebieden die cruciaal zijn voor het bereiken van positieve resultaten bij het verwerven van digitale competenties, namelijk: de vaardigheden van universiteitsprofessoren die werkzaam zijn in onderwijsfaculteiten; de digitale competenties van toekomstige leerkrachten in het basisonderwijs samen met het meten van de ontwikkeling van de verwerving van die competenties en tot slot het gebruik van cocreatie van leermateriaal tussen leerkrachten en studenten in onderwijsfaculteiten als een innovatieve methode voor al doende leren.
Doelgroepen zijn leerkrachten en studenten van onderwijsfaculteiten, om goede digitale vaardigheden en competenties van toekomstige schoolleerkrachten te garanderen, die een vergelijkbaar proces met hun studenten zullen krijgen, zodat er in de EU burgers zijn met goede digitale competenties.
De algemene doelstelling van DIGGING is het verbeteren van de digitale competenties van toekomstige docenten, en daarvoor zal het project, in een reeks overlappende acties, de volgende resultaten ontwikkelen:
- Het creëren van een gemeenschappelijk kader van digitale competenties voor landen in het project, inclusief een set van baseline testvragenlijsten om de evolutie van de verwerving van die competenties te meten.
- Creëren van de technische omgeving voor het maken van het statistische analysesysteem van het project.
- Een begeleidings- en trainingsdienst opzetten voor professoren van faculteiten die zich bezighouden met digitale competenties van hun studenten, de toekomstige basisschoolleraren, en met actieve methodologieën.
- Een opslagplaats creëren van bronnen die door docenten en studenten samen zijn gecreëerd op het gebied van digitale vaardigheden en competenties, en die geselecteerd zijn op basis van de resultaten van de baselinetests.
Om alle resultaten en de doelstellingen van het project te bereiken, zal het consortium het werk als volgt opsplitsen in een reeks overlappende acties:
- Actie 1 - Kader voor digitale competenties: alle partners zullen een beknopt rapport presenteren dat laat zien hoe digitale competenties voor leerkrachten in hun land worden gehanteerd. Dit zal de basis vormen voor de uitwerking van de "DIGGING Taxonomy for Digital Competences", die zal leiden tot de creatie van de basistests van het project.
- Actie 2 - Implementatie van de DIGGING-omgeving: De basistests worden uitgevoerd met behulp van een "big data"-systeem dat alle resultaten van het project en alle projectresultaten beheert. Dit systeem is geïntegreerd in Moodle, het LMS van het project.
- Actie 3 - Het verzamelen van gegevens over de leerevolutie: Actie 1 en 2 bereiden de omgeving voor waarin docenten de basistests met hun leerlingen kunnen uitvoeren. studenten elke 5-6 maanden tijdens hun verblijf aan de universiteit. Alle resultaten zullen worden verwerkt, zodat docenten gegevens hebben voor hun lessen en het project geaccumuleerde (en anonieme) gegevens krijgt op Europees, nationaal en regionaal niveau.
- Actie 4 - Organiseren van digitale open leermiddelen voor verbetering: De projectpartners zullen, met de informatie van de basistoetsen, de gebieden herkennen waarop universiteitsstudenten de meeste moeilijkheden hebben en een repository van bronnen creëren die zij kunnen gebruiken om hun scores in de volgende toetsen te verbeteren. Deze repository zal zowel externe als door partners gemaakte middelen bevatten (5/elke partner).
- Actie 5 - Trainers opleiden: Om universiteitsdocenten te trainen in het onderwerp van het project, zullen verschillende modules worden gemaakt binnen het Moodle-platform. Deze modules zullen zowel digitale competenties als actieve methodologieën behandelen. Daarnaast zullen er richtlijnen zijn voor het gebruik van het hele project. Deze actie van de partners zal nuttig zijn voor zowel universiteitsdocenten als hun studenten, aangezien deze laatsten toekomstige docenten zullen zijn.
Alle partners zullen op gepaste tijdstippen tijdens de levenscyclus van het project acties ondernemen om het project te verspreiden en te exploiteren.